LIJSTJE

Vijftien natuurdingen die je gedaan moet hebben voor je elfde verjaardag:

1
In een bootje onbekende waterwegen volgen en maar zien waar je uitkomt. Of meer in het algemeen: op ontdekking gaan, in je eentje, zonder je ouders, ergens waar geen mensen zijn.

2
Tijgerend gangen maken in het koren, opgewonden van je eigen onzichtbaarheid, en later in het seizoen een hut maken van de strobalen. Of meer in het algemeen: een zelfverzonnen hut maken van zelfgevonden materialen op een zelfontdekte plaats.


Over een zompig veld met zeeklei wegrennen voor de boer, je rubberlaarzen steeds zwaarder wordend van de klevende klei, en jezelf glibberend in veiligheid brengen door met dat modderige schoeisel over een dunne plank naar de overkant van een slootje te schuifelen.

4
Jezelf en je bootje geruisloos voorttrekken aan de grassprieten op de oever, ademloos op zoek naar nesten van eenden en futen tussen het riet, en die vervolgens intekenen op een zelfgemaakte kaart.

5
Samen met je vrienden in het bos een geheime begraafplaats maken voor de dode dieren en skeletten die jullie vinden.

6
Klavertjes vier vinden, en heel soms een klavertje vijf of zes, en één keer, echt waar, een klavertje zeven.

7  
Met een kruisnet baarzen en bittervoorntjes vangen, met een schepnet stekelbaarsjes vangen, en met een raamhor padden en salamanders opdreggen, schrikkend van de beruchte, moordlustige geelgerande watertor die onverwacht van dat hor in je schoot springt.

8
Zelfgelezen aardappels poffen op een zelfgemaakt vuur op een leeg landje dicht bij huis, in de herfst als de duisternis al is ingevallen.

9  
Een jonge uit het nest gevallen kauw grootbrengen en zulke goede vriendjes met hem worden dat hij door de openstaande ramen je klas binnenvliegt als hij je even niet ziet omdat je naar de WC bent.

10
In een strenge winter met een bijl dikke schotsen hakken in het slootijs en via die schotsen een route uitstippelen naar de overkant.

11
Met je vriendjes eigen herkenningspunten vinden in het landschap en deze namen geven: het spoor, de waterplaats, de driehandsboom.

12
Elkaar op grote afstand berichten doorgeven door middel van zelfverzonnen herkenningsgeluiden.

13
‘s Morgens vroeg, op een stille zaterdagochtend, wanneer iedereen nog slaapt, ergens in een weiland in een cirkel van mist en stilte belanden, en dan een fazant je cirkel in zien stappen. Alleen zijn met die fazant in die kleine, verlaten wereld.

14    
Drie natte poten op één dag halen.

15
Avonturen beleven op de bouwplaats van een nieuwe woonwijk: met de open lift naar boven zoeven, met ware doodsverachting over de steigers rennen en de plattegrond van de kruipruimten van diverse in aanbouw zijnde huizen volledig in je hoofd hebben.

 

En dit is wat je vooral niet moet doen:

Jarenlang tot in de allerhoogste top van een enorme populier klimmen en op een dag, je niet realiserend dat je steeds zwaarder bent geworden, bijna je dood tegenmoet vallen als die allerhoogste tak onder je voeten afbreekt.

 

Geschreven in 2012 n.a.v. een oproep in NRC De Week. Dit was in navolging van 50 things to do before you’re 11 3/4. Andere mooie voorbeelden staan op de site van Natuurkind.